Irkutsk en Olkhon Island; over het diepste meer, de aanval van en hond en een bevroren gezicht

22 maart 2017 - Irkutsk, Rusland

Irkutsk en Olkhon Island

Dag 20, zondag 19 maart 2017
Als ik uit de trein stap in Irkutsk wordt ik opgewacht door een aardig Engels sprekende Russische meneer die me mijn ticket voor de volgende trein naar Mongolië geeft. Hij legt me uiterst geduldig alles uit, helpt me met mijn spullen richting uitgang en vertelt me welke bus ik moet nemen richting mijn hostel. Dit soort hulp komt vaak op onverwachte maar zeer welkome momenten. De buschauffeur is ook zeer welwillend maar begrijpt me echter minder goed dus ineens sta ik ergens midden in de stad op een plein waar ik niet hoor te zijn. Ik lach hardop, zoek op Google maps waar ik ben en neem de volgende bus de juiste richting op. Eenmaal aangekomen in mijn hostel ben ik blij verrast door de gastvrijheid, de sfeer van het Hostel en de bedden in de dorm. Het zijn vrij grote cubicals met een hoog plafond, genoeg ruimte voor je spullen en de ruimte is lekker koel, zeker vergeleken met andere Russische ruimtes.

Ik slaap een paar uurtjes en loop dan door de stad om de Franse Noemie weer te ontmoeten. Irkutsk is de hoofdstad van de regio Irkutsk en een belangrijk economisch, cultureel en logistiek knooppunt van Oost Siberië. Het heeft een kleine 600.000 inwoners en wordt wegens het historische allure ook wel ‘het Parijs van Siberië’ genoemd. De stad heeft meteen een totaal ander gevoel dan Novosibirsk. Relaxed, schoon, hip, historisch en ik passeer een aantal leuke beelden. Ook passeer ik een man op een paard die zijn kameel uit lijkt te laten maar dat zal er wel gewoon bij horen denk ik. 


Het weerzien met Noemie is erg prettig. We eten, lachen, kletsen en weren in een cocktailbar behendig een aantal aanhalige Russen af. Noemie heeft in de tijd dat zij al in Irkutsk is een busje voor ons geregeld en een zogenaamde ‘homestay’ geboekt op Olkhon Island, een cultureel beschermd eiland in het Baikalmeer. 


Dag 21, maandag 20 maart 2017
We worden opgepikt bij ons hostel, inclusief al onze spullen en een handjevol Chinese meiden voor een rit van ongeveer 6 uur. Niet zomaar 6 uur rijden maar 6 uur flink hobbelend, wiebelend en heftig schuddend maar met de meest magische uitzichten die je je kunt voorstellen. Soms moeten we stoppen voor koeien, soms voor wilde paarden of te grote kuilen, en uiteindelijk ook een keer voor een lekke band. We hebben een lunchstop bij een afgelegen dorpje waar nog meer Chinese toeristen zijn, maar ook prachtige locals en doorleefde Siberische bouwvakkers, precies zoals je ze zou verwachten. 

Dan komt het moment waarop ik heb gewacht, de oversteek over het Baikalmeer. Het Baikalmeer is met ruim 1,5 kilometer het diepste meer ter wereld en heeft bijna de oppervlakte van België. Het bevat 20% van al het zoete water op aarde en is daarmee het grootste zoetwaterreservoir. Het staat sinds 1996 op de werelderfgoedlijst en het water is drinkbaar. Niet nu natuurlijk, want met een redelijk constante temperatuur van -19 is het meer compleet bevroren. Men heeft dus een weg aangelegd (sneeuwvrij gemaakt) om vanaf de kust naar het Olkhon eiland te komen. Er staan zelfs verkeersborden en snelheidsaanduidingen in het ijs. Fantastisch wat een rit zeg. Het uitzicht is werkelijk magisch en wat voelt het heerlijk om midden over het meer te rijden, onbeschrijfelijk. Ondertussen slapen twee van de Chinese meiden door alle schoonheid en hobbels heen. 

Met een lichtelijk onbehaaglijk gevoel in mijn maag van de onstuimige rit arriveren we in Choezjir (goezjier) bij Diana Homestay. Diana is de romeinse godin van de jacht en om die reden gekozen door de eigenaar van het ‘hostel’. Onze gastvrouw, de dochter, ontvangt ons vriendelijk in behoorlijk redelijk Engels en laat ons het huis zien terwijl haar dochter binnen komt en speelt met een Fret met een onaangename geur. Het huis is een gezellige mix van slecht geplakt bloemetjesbehang, spreien met tijgerprint, plastic leren banken en de nodige opgezette dieren in de woonkamer. De keuken en badkamer zijn eenvoudig maar de slaapkamer is ruim en voor ons alleen. Dit is ons ‘thuis’ voor de komende dagen. We maken met behulp van de gastvrrouw plannen voor de komende dagen, verkennen de omgeving en beetje en doen wat boodschappen. Het feit dat we hier zijn moet gevierd worden met een fles wijn.  

Dag 22, dinsdag 21 maart 2017
Choezjir is met 1200, van de in totaal 1500 inwoners op het eiland de grootste nederzetting. Er is maar 1 plek om contant geld te krijgen en dat is ouderwets in het postkantoor, met je paspoort. Uiteraard doen ze hier ook nog aan lunchpauze en zijn we daar net op die tijd. 
Koffietje dan maar. Gek genoeg zijn er in dit kleine dorp in 1 straat een stuk of 8 dus keuze genoeg. We kiezen er een tegenover het postkantoor met kleine oude schilderijtjes, altijd hoog aan de muur, een grote coca cola machine en verder op een paar tafels en stoelen na een vrijwel kale ruimte. Op de counter staat cake en een grote schaal gerookte vis. De geur van de vis hangt al s een soort nevel door de hele ruimte, precies wat voor mij. Ik drink dus in een record tempo mijn koffie op, eet mijn cakeje half op en heb de rest van de dag het idee dat ik naar vis ruik. 

Maar we zijn op een fantastisch eiland en besluiten het vandaag wandelend te verkennen. Het dorp is een mix van little house on the prairie, een oude stoffige cowboy range en een oosters heiligdom met een vleugje communisme. Een mix van prachtige natuur, wrede kou, verlaten stoffige vlaktes, kleine huisjes en uiterst karakteristieke en vriendelijke mensen. Verder lopen er veel honden die al dan niet aan iemand toebehoren maar stuk voor stuk vriendelijk, goed gevoed en speels. 
Bij het strand, wat in de winter de invoegstrook het ijs op is, passeren we een groot hek met daarachter een paar verlaten gebouwen die het gevoel geven van een oude gevangenis of werkkamp. In de branding liggen een paar oude stalen schepen die vastgevroren liggen te wachten op de lente. Hun eigenaren, een paar oude vissers, lijken zonder enige haast wat opknapwerkzaamheden te doen, drinken ondertussen koffie uit een thermoskan en roken zoals alle Russen veel. Ze zijn geamuseerd ons te zien en roepen dan ook vol enthousiasme alle Engelse en Frans woorden en namen die ze kennen. We maken wat foto’s van ze, geven de honden die er lopen de nodige aandacht en lopen dan het ijs op.

We hebben schaatsen gehuurd maar net als we op het punt staan zwierig weg te schaatsen, komt er een busje Russen naast ons. Ze proberen een gesprek met ons te voeren maar dat lukt niet erg goed, volgens onze eerste indruk grotendeels door de testosteron en alcoholgebruik. Ook willen ze ons een fles wijn aanbieden maar het lijkt ons verstandig om dit niet aan te nemen. We hebben beiden meer van dit soort taferelen meegemaakt waarbij de mannen graag willen dat je mee gaat vodka drinken. Ondanks onze herhaaldelijke maar vriendelijke ‘njet, spasiba’ (nee bedankt), wordt de fles echter toch achtergelaten, zwaaien ze zeer enthousiast en rijden dan weg over het oneindige ijs. Vreemde situatie wel. 
Ik trek mijn schaatsen aan, accepteer dat het soepel en zwierig wegschaatsen niets anders gaat worden dan wat gestuntel en de nodige valpartijen, als ik zie dat Noemie gezelschap heeft van een van de dorpshonden. De hond, die we eerder Vladimir hebben genoemd, begint te blaffen, te happen en later ook te bijten. Hij lijkt gespannen door de schaatsen of de veters dus we besluiten om het schaatsen voor dit moment even te laten voor wat het is. 

We lopen eindeloze stukken over het ijs, ontdekken dat de sneeuw helaas niet zacht genoeg is voor sneeuwengeltjes en lopen nog maar een stukje verder. We komen langs wat opgestapelde ijsplakken, maken er een ijsman van met muts en sjaal en dopen hem Olaf. We besluiten dat dit het moment is om toch de fles wijn maar open te maken en een pauze in te lassen. Het blijken prima rose bubbels te zijn en terwijl de hele wereld aan ons voorbij gaat, genieten we intens van het uitzicht, de kou en het feit dat we bovenop 1,5 kilometer onderwaterwereld zitten. 
’s Avond bezoeken we nog een soort omgekeerd klankschaalconcert, eten we vreemde maar smaakvolle Russische gerechten in een Franse Bistro en kletsen we wat met een aardig Zwitsers stel. Het eiland is simpel, bijna primitief maar bevalt me wel. 

Dag 23, woensdag 22 maart 2017
We hebben via onze gastvrouw, die we Svetlana hebben genoemd omdat we haar daadwerkelijke naam niet hebben onthouden, een transport geboekt naar het Noorden van het eiland. Onze chauffeur heet Sasha en heeft een geweldige karakteristieke kop. Hij brengt ons naar de meest magische onwerkelijke plekken op het eiland waar het ijs zich heeft opgestapeld door het bewegen van de verschillende lagen over elkaar. De mix van de kleur het ijs en de weerspiegeling van de lucht en het water, geeft het een unieke azuurblauwe kleur. We kunnen overal overheen lopen en alles aanraken zonder bang te zijn dat we het kapot maken. Over een paar weken zal het beginnen met dooien en volgende winter zorgt de natuur weer voor een nieuw decor. Door de verschuivingen van het ijs is het Baikalmeer een plek waar wetenschappers zich verenigen om onderzoek te doen naar verschuivingen van aard en ijslagen diep onder ons. Verder wordt er door de lokale bevolking veel gevist en is het een paradijs voor natuurfotografen en makers van natuurdocumentaires. 
Sasha maakt halverwege de dag vissoep voor ons op een houtvuurtje op het ijs. Wederom een prachtig beeld maar ik kan in dit geval prima overleven op droog brood en thee. We beklimmen nog een klein eilandje en komen langs nog meer ijsschotsen maar het is genoeg, ik kan niet meer in me opnemen dan dit. 

De kou in Siberië
De kou is heftig op het meer en de wind is snijdend. Gelukkig ben ik goed voorbereid en is mijn romp nog geen moment koud geweest. Mijn voeten, handen en vooral gezicht hebben meer te verduren. Voeten en handen zijn redelijk goed te houden door veel te lopen in combinatie met warme sokken en snowboots, mijn extra warme wanten te gebruiken en het maken van foto’s te beperken tot korte momenten. Verder ben ik erg blij met mijn thermobroeken, shirts en skibroek en heb ik een hele fijne nieuwe muts gekocht. Mijn gezicht heeft het meeste te verduren en herstelt maar langzaam van de bevriezing van gisteren. Het is duidelijk beschadigd en voelt als een heftige verbranding. Maar ook dat hoort bij reizen.

I’m OK 

Foto’s

11 Reacties

  1. Wil winters:
    26 maart 2017
    Wat een mooi verhaal weer. Krijg de indruk dat je al aardig handig wordt in het wereld ontdekken.
  2. Betsy de Roo:
    26 maart 2017
    Wat een belevenis tineke prachtig die verhalen
  3. Cees Klaassen:
    26 maart 2017
    Weer zo'n mooi verslag van je belevenissen daar in de Super kou van Siberië. Tineke pas goed op je zelf en ik ben benieuwd naar je volgende reisverslag!!
  4. Pieter Kamstra:
    26 maart 2017
    Lieve Tineke, wat fantastisch om zo met je 'mee te reizen'! Liefs en geniet ervan en dat dóe je!
  5. Meino:
    26 maart 2017
    Heerlijk om te lezen dit alles, kan niet wachten op het volgende hoofdstuk. Dit wordt een prachtig levensboek! Liefs.
  6. Tam:
    26 maart 2017
    Tofffff! X!
  7. Laura:
    26 maart 2017
    Awesome!!!
  8. Janke Mourik:
    26 maart 2017
    Wat een prachtige avonturen beleef je daar.
    Lees de verhalen vaak diverse keren, we kunnen er ook nog van leren. Treinen zien er wel chic uit.
  9. Oma:
    26 maart 2017
    gezicht insmeren met vaseline!
  10. Truus lool:
    26 maart 2017
    wat een geweldig verhaal ik ben je aan het volgen wat een avontuur wees voorzichtig schat
  11. Saskia Reijnen:
    27 maart 2017
    Hoi Tineke, ook weer eem prachtig, indrukwekkende en meeslepend verhaal. Ik zie het allemaal zo voor me en dan jij ook in dat landschap met je muts op. Wat een contrast met hier maar dat zul jij ook zo wel ervaren. Liefs en hou je haaks, ik blijf je volgen...Saskia